Opgericht in 1937 door Richard Lachapelle en in 1950 overgenomen door Emerik-Georges Vandensteen overleden in 1960. De zaak wordt voortgezet door weduwe Vandensteen. Bescheiden begonnen, is dit bedrijf uitgegroeid tot een van de belangrijkste in zijn soort van Oostende. Het bedrijf omvat een wasserij en strijkinrichting en een zelfwasserij, en stelt meer dan 20 personen te werk. In : Dit is West-Vlaanderen : steden, gemeenten, bevolking : dl.2 / Lucien Dendooven. Flandria, 1963. p.1299

Moderne Wasserij, Raymond Samyn-Gyselen. De oorsprong van dit bedrijf gaat terug tot 1761, toen Jacobus Samyn een blekerij oprichtte. De zaak ging over van vader op zoon en kwam in 1870 in handen van Frans Samyn, die overschakelde van blekerij naar stoomwasserij. Het bedrijf werd geïndustrialiseerd toen Oscar Samyn de leiding ervan gedurende de Eerste Wereldoorlog overnam. Raymond Samyn, die sedert 1956 aan het hoofd van de zaak staat, voegde er een chemische wasserij aan toe. Aan de inrichting is tevens een mechanische strijkerij en een speciale afdeling voor hemden verbonden. Het personeel tel in het zomerseizoen 75 leden, 's winters 35 à 40. Het cliënteel van de "Moderne Wasserij" bestaat hoofdzakelijk uit hotels en homes en is verspreid over het ganse kustgebied van Blankenberge tot De Panne. In : Dit is West-Vlaanderen : steden, gemeenten, bevolking : dl.2 / Lucien Dendooven. Flandria 1963. p. 1299

L'Industriel nr. 27

kopie van brief over de toestand van de gebouwen en de kapel

Wittenonnenstraat - Sint-Sebastiaanstraat
Ontstaan - apostolaatswerken - bestemming van de gebouwen

6 foto's : 10 x 15 cm. - De twee beeldhouwwerken in art-deco van Geo Verbanck, rechts en links van de smeedijzeren poort aan de ingang van het kerkhof.

Formaat : 9 x 14 cm. - Louisastraat richting Wapenplein, met zicht op hotel "Ons Achturenhuis" en restaurant "Yaca Grill"

Formaat : 18 x 13 cm. - Vanaf 1958 tehuis "Marie de Hemptinne". Marie de Hemptinne (geboren Marie Morren) (1865-1957), was gehuwd met Louis de Hemptinne (1855-1913). Zij was de weldoenster van het weeshuis van de "Dochters der Liefde" en schonk in haar testament een van haar huizen gelegen op de Albert I Promenade.